Enkele jaren terug werd het schilderij Edmond de Belamy voor ongeveer 380.000 euro verkocht. Bijzonder is dat het schilderij is gemaakt door artificiële intelligentie (AI). Het is niet het enige voorbeeld van creatieve computersystemen, want recent heeft een AI-systeem nog de tiende symfonie van Beethoven afgewerkt. Lange tijd ging men ervan uit dat kunst een werk is van de menselijke geest, dat er een soort ziel in de kunst zit. Maar recent onderzoek toont aan dat respondenten AI-kunst en menselijke kunst niet van elkaar kunnen onderscheiden. Wil dat dan zeggen dat er ook auteursrecht op AI-kunst kan rusten en dat je zo’n AI-kunstwerken niet zomaar mag kopiëren? Het antwoord is niet eenvoudig. Om te begrijpen hoe het zit, moet je vooral weten waar de zogeheten creativiteitsdrempel ligt.
Creativiteitsdrempel voor auteursrechtelijke bescherming
Het is eigen aan het auteursrecht dat het een recht zonder formaliteiten is. Het is een recht dat automatisch ontstaat als er aan de vereisten is voldaan. Dat wil onder andere zeggen dat er een creatieve drempel van toepassing is. Enkel als iets voldoende creatief is, kan het auteursrecht ontstaan. Een hoopje aarde op een stapel gooien, is nog geen kunst. Men moet bijvoorbeeld de aarde boetseren tot een totempaal of een kinderfiguurtje. In de praktijk is de grens tussen wat creatief is en wat niet creatief is vaak flinterdun. In een eerder artikel hadden we het bijvoorbeeld al over de auteursrechtelijke bescherming van quotes en oneliners, iets wat omwille van het ontbreken van creativiteit allesbehalve een evidentie is.
De wetgeving biedt hierover geen duidelijkheid. Vaak wordt er gekeken naar artikel 10 Auteurswet. In artikel 10 Auteurswet is een niet-limitatieve lijst opgenomen van wat zoal een auteursrechtelijk werk kan zijn. Het gaat bijvoorbeeld om fotografische werken, aardrijkskundige kaarten, boeken en pantomimes. Meer dan een lijst met voorbeelden is het echter niet. Het principe is nog steeds: als een bepaalde en in de wet niet nader omschreven creatieve drempel overschreden is, is er sprake van een auteursrechtelijk werk. Het is de rechter die de knoop moet doorhakken, waardoor de rechtspraak erg waardevol is.
Eigen en oorspronkelijk karakter van het kunstwerk
Het belangrijkste stukje rechtspraak is misschien wel het arrest Van Dale/Romme (HR 4 januari 1991, NJ 1991/608). Bij deze zaak had de heer Romme het oplossen van kruiswoordpuzzels en cryptogrammen als hobby. Voor zijn hobby had hij alle woorden uit het woordenboek Van Dale overgenomen en op computerdiskettes – de zaak dateert uit 1991 – geplaatst. Omdat hij vond dat het woordenboek nog wel wat woorden mistte, heeft hij er zelf ontbrekende woorden aan toegevoegd.
De woorden werden in een unieke rangschikking op de diskettes geplaatst en met dat alles maakte hij een computerprogramma dat automatisch cryptogrammen kan invullen. Met minstens twee andere personen heeft hij deze informatie en woordenlijsten uitgewisseld. Volgens de makers van het woordenboek heeft hij daarbij hun auteursrecht geschonden. Volgens de heer Romme was er helemaal geen sprake van een auteursrechtenschending. Op een los woord rust er namelijk helemaal geen auteursrecht en volgens hem dus ook niet op een verzameling van losse woorden in een boek. Maar is een boek niet altijd een verzameling van losse woorden? Wanneer is zo’n woordenverzameling een auteursrechtelijk werk en wanneer niet? De discussie verschilt eigenlijk niet veel van het verhaal van de aarde: een hoop aarde is nog geen auteursrechtelijk werk. Een hoop woorden ook niet.
De Hoge Raad oordeelde toen voor het eerst dat een auteursrechtelijk werk steeds een eigen, oorspronkelijk karakter heeft en een persoonlijke stempel van de maker moet dragen. Voor het eerst werd er een duidelijke creativiteitseis geformuleerd. Volgens de Hoge Raad kan er op een willekeurige lijst met willekeurige woorden geen auteursrecht rusten, maar kan dat wel als die lijst het gevolg is van een persoonlijke visie en een doordachte selectie. Sinds dit arrest is het hebben van een “eigen en oorspronkelijk karakter” dan ook cruciaal om te spreken van een auteursrechtelijk werk.
Creativiteit en de schepping van de geest
In de latere rechtspraak heeft men deze creativiteitseis steeds verder verfijnd en is er stap voor stap verduidelijkt wat hieronder moet worden begrepen. Het eigen karakter betekent volgens de vaste rechtspraak dat het werk niet aan een bestaand werk mag worden ontleend. Nieuwe content moet dus nieuw zijn en mag niet al te hard op bestaande content zijn gebaseerd. Er mogen elementen uit zijn overgenomen, maar er moet een creatieve toets of een persoonlijke stempel aanwezig zijn. Het is alsof je op basis van het bestuderen van het werk moet kunnen uitdokteren wie het werk heeft gemaakt. Het is een zeer lage drempel, maar het is wel een drempel die moet worden gehaald.
Ook relevant hieromtrent is hoe het Europese Hof van Justitie de creativiteitseis uitlegt. Het heeft het daarbij over “een schepping van de geest” en combineert het aan een oorspronkelijkheidsvereiste. De uitleg is iets anders, maar het komt eigenlijk op hetzelfde neer: het werk moet een intellectuele schepping van de auteur zijn.
Kunstmatige intelligentie kan geen kunst maken, enkel een aanzetje geven
Om terug te keren op werken die door kunstmatige intelligentie zijn gemaakt: op content die door een AI is gemaakt, kan er in principe geen auteursrecht rusten. AI-systemen zijn namelijk niet in staat om de scheppende menselijke arbeid te verrichten, kunnen geen “scheppingen van de geest” maken en bouwen enkel verder op de bestaande content die in hun systeem werd ingegeven. Als een intelligente computer een boek of een toneelstuk schrijft, is er dus geen sprake van een auteursrechtelijk beschermd werk. Het is wel zo dat de mens die de AI heeft ontworpen, wel auteursrecht kan hebben op de software die hij heeft gemaakt.
Ten slotte kan het dat een mens met de uitkomst van de software aan de slag is gegaan, alles wat heeft verfijnd en daarbij creatieve keuzes heeft gemaakt. De mens kan bijvoorbeeld stukken hebben herschreven, zinnen aan een boek hebben toegevoegd of met filters het digitale kunstwerk hebben aangepast. Als een mens daarbij voldoende creatieve keuzes heeft gemaakt, kan er wel sprake zijn van een auteursrechtelijk beschermd werk. Maar het draait dus telkens om de creativiteit van de mens en niet om wat een machine doet. Auteursrechtelijke werken zijn met andere woorden een echt mensending.
MKBrecht.nl Bedrijfsjuristen & Advocaten
Met onze brede expertise binnen onze praktijkgebieden bedienen we cliënten in uiteenlopende sectoren. Van MKB, beursgenoteerde bedrijven en internationale ondernemingen tot (semi-)overheden en non-profit. We bieden juridische adviezen op alle niveaus, van boardroom tot individuele medewerker. Kenmerkend voor onze dienstverlening zijn de hoge kwaliteit, betrouwbaarheid en verdieping in specialismen.
Op zoek naar:
Meer weten over onze dienstverlening? Bel 085 25000 44