Recht van retentie
Vaak komen aannemer en opdrachtgever overeen dat (een deel van) de aanneemsom bij of na oplevering van het werk wordt voldaan. Op het moment dat de aanneemsom niet (volledig) wordt betaald, kan de aannemer in sommige gevallen het retentierecht inroepen. Het retentierecht geeft de aannemer de bevoegdheid om de afgifte van de zaak op te schorten totdat de opdrachtgever de vordering volledig voldoet. De aannemer houdt de zaak dus onder zich totdat is betaald.
Op het moment dat de aannemer zijn retentierecht inroept, heeft dit grote gevolgen voor de opdrachtgever. Om deze reden moet dan ook aan een aantal voorwaarden zijn voldaan alvorens de aannemer het retentierecht kan inroepen. Ten eerste moet sprake zijn van een opeisbare vordering. Aan deze eis is ook voldaan als de opdrachtgever nog niet in verzuim is. Ten tweede moet sprake zijn van een zaak die de aannemer op grond van de overeenkomst tussen partijen onder zich heeft gekregen. Tot slot moet de aannemer de feitelijke macht over de zaak uitoefenen. Of de aannemer de feitelijke macht over de zaak uitoefent, moet worden gekeken naar de feiten en omstandigheden. Indien een aannemer het retentierecht wil gaan uitoefenen, is het verstandig om juridisch advies in te winnen om te bekijken naar de mogelijkheden. Daarnaast biedt ons team van juridische specialisten advies aan opdrachtgevers jegens wie het retentierecht wordt ingeroepen.
Vragen omtrent het retentierecht? Neem contact met ons op.